ball
- Een rond voorwerp dat wordt gebruikt in verschillende sporten en spellen. zelfstandig naamwoordDe kinderen speelden met een bal in de tuin.Tijdens de voetbalwedstrijd schoot hij de bal in het doel.
- Een feestelijke bijeenkomst, vaak met dansen. zelfstandig naamwoordZe droeg een prachtige jurk naar het bal.Het bal werd gehouden in een grote balzaal.