tar

zelfstandig naamwoord
  1. Een kleverige, zwarte substantie die ontstaat bij de destillatie van organische materialen zoals hout of steenkool. zelfstandig naamwoord
    De arbeiders gebruikten tar om de scheepsromp waterdicht te maken.
    De geur van brandend hout en tar vulde de lucht.
  2. Een muziekinstrument uit Iran, dat behoort tot de luitfamilie en wordt bespeeld met een plectrum. zelfstandig naamwoord
    De muzikant speelde een melodie op zijn tar tijdens het concert.
    De tar heeft een karakteristiek geluid dat goed past bij traditionele Perzische muziek.